Het citaat: 31 oktober

in Marokko zie ik vaak jongens die dolgraag naar Europa willen. Daarom ergert het me mateloos dat hun generatiegenoten die wel het geluk hebben in Nederland te wonen, hier alle geboden kansen aan hun neus voorbij laten gaan, dat ze rondhangen op straat terwijl ze de mogelijkheid hebben naar school te gaan, een vak te leren, geld te verdienen en iets van hun leven te maken.[…] De Nederlandse samenleving moet een aantal zaken vanuit de Marokkaanse cultuur niet accepteren, en dat moet duidelijk zijn voor de Marokkaan. Want met de instroom van de Marokkaanse immigranten is er ook veel onbeschaafdheid geïmporteerd. Onbeschaafdheid die schuilt in opvattingen over de vrouw, over de homo, over andersgelovende burgers.

PvdA-Kamerlid en mocro Ahmed Marcouch heeft een boek geschreven. In Mijn Hollandse droom beschrijft hij hoe hij als 10-jarige naar Nederland kwam en nog nooit een school van binnen had gezien. Toch wist hij zich op te werken tot politieagent met een hogere rang dan één streep en is uiteindelijk via de gemeentepolitiek in de Tweede Kamer terecht gekomen. In zijn boek doet hij ook uitspraken die zo waar zijn dat ze er bij de PvdA waarschijnlijk doodongelukkig van worden. Hedy D’ancona en Marcel van Dam noemen hem nu vast stiekem een fascist. Die prima uitspraken deed hij trouwens al eerder, en terecht. Marcouch zegt: ophouden met lullen en pamperen, aanpakken die zooi. Valt dus niets meer aan toe te voegen.


Posted

in

by

Tags:

Comments

9 responses to “Het citaat: 31 oktober”

Leave a Reply